Onduidelijkheid over woondeel: geen hypotheekrenteaftrek
Als de eigenaar van een woning niet aannemelijk maakt welk deel van zijn woning hem Een man, woonachtig in België, is een zogeheten kwalificerende buitenlandse belastingplichtige. Tegenstrijdige stukken en verklaringen Hof Den Bosch oordeelt dat de man niet aannemelijk heeft gemaakt welk deel van de Bron: Hof Den Bosch 29-01-2025 (gepubl. 15-04-2025), Rb. Zeeland-West-Brabant 05-01-2023
als hoofdverblijf ter beschikking staat en of hij de hypotheekrente heeft betaald,
mag hij de hypotheekrente niet aftrekken.
Daardoor mag hij zijn hypotheekrente aftrekken als hij voor de rest aan de voorwaarden
voldoet. De man heeft dan ook in zijn aangifte IB/PVV 2019 een negatief saldo eigenwoning
opgevoerd. Hij stelt dat hij eigenaar is van een boerderij die bestaat uit een hoevewoning
en een stal. Volgens de man is de hele boerderij zijn hoofdverblijf. Maar hij stelt
ook in de verbouwde stal te wonen, terwijl zijn volwassen kinderen de hoevewoning
bewonen. De Belastingdienst weigert de aftrek van de hypotheekrente. De man zou niet
hebben aangetoond welk deel van de woning hij bewoont en of hij de hypotheekrente
heeft betaald. Rechtbank Zeeland-West-Brabant verklaart het beroepschrift van de man
ongegrond, waarna de man in hoger beroep gaat.
woning hem als hoofdverblijf ter beschikking staat. De verklaringen van de man en
de overgelegde stukken zijn tegenstrijdig en onvoldoende om aan te tonen dat de woning
zijn hoofdverblijf is. Daarnaast oordeelt het hof dat de man niet heeft aangetoond
welk deel van de hypotheek betrekking heeft op het door hem bewoonde deel van de woning
en of hij de hypotheekrente heeft betaald. Hierdoor is de rente niet als aftrekbare
kosten in aanmerking te nemen.
(gepubl. 16-01-2023).