Wetsvoorstel Overige fiscale maatregelen 2026

schedule 17 sept 2025
bookmark_border Fiscaal, Ondernemer, DGA, IB-ondernemer, ZZP, Particulier



Het Wetsvoorstel Overige Fiscale maatregelen 2026 is op dinsdag 16 september 2025
door minister Heinen aangeboden aan de Tweede Kamer. 





Enkele technische verbeteringen inzake de bijtelling privégebruik auto Met het vervallen van de verlaagde bijtelling voor nulemissieauto’s per 1 januari
2026 gelden voor nieuwe volledig elektrische auto’s dezelfde regels als voor conventionele
auto’s: het bijtellingspercentage voor privégebruik wordt 22% over de volledige cataloguswaarde.
In dit wetsvoorstel worden enkele technische wijzigingen en een aangepaste overgangsregeling
doorgevoerd, die samenhangen met het beëindigen van het gunstige bijtellingstarief
voor elektrische auto’s. De maatregelen zijn efficient en beogen uitsluitend technische
verbetering van de regelgeving. 


Samentelbepaling maximale investeringsbedrag energie-investeringsaftrek Met deze maatregel wordt geregeld dat het maximumbedrag aan energie-investeringen
waarover de energie-investeringsaftrek (EIA) kan worden toegepast, per belastingplichtige
in totaal ten hoogste € 151 miljoen per jaar bedraagt. Dit maximum geldt zowel voor
investeringen in de eigen onderneming als voor investeringen in een samenwerkingsverband.
Daarmee wordt voorkomen dat de EIA in combinatie van beide situaties over meer dan
€ 151 miljoen kan worden toegepast. De maatregel introduceert daartoe een samentelbepaling. 


Verlengen overgangsrecht franchiseloze pensioenregelingen Het overgangsrecht voor pensioenregelingen zonder AOW-franchise wordt verlengd tot
1 januari 2028. Dit overgangsrecht maakt het mogelijk dat dergelijke regelingen, die
vaak werken met een verlaagde opbouw, tijdelijk buiten de normale fiscale maxima kunnen
vallen. De verlenging beoogt met name het Pensioenfonds Kappers in staat te stellen
de regeling aan te passen aan de fiscale kaders en de Wet toekomst pensioenen. De
tijdelijke verruiming geldt uitsluitend voor bestaande pensioenregelingen zonder AOW-franchise. 


Technische fiscale knelpunten Wet toekomst pensioenen Voorgesteld wordt het fiscale overgangsrecht aan te passen om technische knelpunten
bij invaren van prepensioenen, overbruggingspensioenen en wezenpensioenen op te lossen.
In lijn met de Pensioenwet en de Wet verplichte beroepspensioenregeling blijven deze
aanspraken, indien reeds ingegaan of ontstaan vóór de Wtp, fiscaal gerespecteerd.
Ook wordt overgangsrecht voor ingegane nabestaandenoverbruggingspensioenen aangepast.
Het eerder genomen goedkeurend beleidsbesluit wordt gecodificeerd, met terugwerkende
kracht tot 1 januari 2025, zodat bestaande aanspraken zonder fiscale consequenties
behouden blijven. 


Aanpassing minimumkapitaalregel in de vennootschapsbelasting De uitzondering in de minimumkapitaalregel voor intern liquiditeitsbeheer van banken
en verzekeraars wordt per 1 januari 2026 beperkt. Door een te ruime formulering vielen
ook geldleningen die direct verband houden met leningen van natuurlijke personen (zoals
deposito’s) buiten de regeling. Voorgesteld wordt deze leningen voortaan onder de
minimumkapitaalregel te laten vallen, zodat de rente daarop niet langer aftrekbaar
is. Hiermee wordt de uitzondering in lijn gebracht met de oorspronkelijke doelstelling
van de regeling. 


Beëindigen teruggaafregeling voor vrachtauto’s in de motorrijtuigenbelasting De teruggaafregeling in de motorrijtuigenbelasting voor vrachtauto’s, die afhankelijk
is van de samenstelling van het bedrijfswagenpark, wordt beëindigd bij de inwerkingtreding
van de Wet vrachtwagenheffing op 1 juli 2026. Door de aanzienlijke verlaging van de
mrb-tarieven voor vrachtauto’s onder de nieuwe wet vervalt de noodzaak voor een aanvullende
teruggaaf. De maatregel schrapt een complexe en weinig gebruikte regeling en leidt
tot vereenvoudiging en lagere administratieve lasten.


Herstel tarieven Eurovignet Voorgesteld wordt vijf tarieven in de Wet belasting zware motorrijtuigen met terugwerkende
kracht te corrigeren, zodat deze overeenkomen met de tarieven die in het Eurovignetverdrag
zijn vastgelegd. Door een juridische omissie weken enkele nationale tarieven af van
de internationale afspraken. De correctie brengt de wetgeving in lijn met het verdrag
en zorgt voor naleving van de Eurovignetrichtlijn. De financiële impact is gering
en beperkt zich tot enkele euro’s verschil voor een kleine groep voertuigen.  


Actualiseren verwijzing naar SBI-codes in de energiebelasting De verwijzingen naar SBI-codes in de Wet belastingen op milieugrondslag worden aangepast
aan de overgang van SBI2008 naar SBI2025 per 6 september 2025. Het betreft regelingen
die vrijstelling van energiebelasting geven voor specifieke metallurgische, mineralogische
of chemische processen. De relevante SBI-codes (23, 24 en 25) wijzigen materieel niet,
waardoor de groep bedrijven die onder de regelingen valt ongewijzigd blijft. De wetswijziging
krijgt terugwerkende kracht tot 6 september 2025 om aan te sluiten bij de feitelijke
praktijk. 


Uitzonderen Belastingdienst en Douane Wet modernisering elektronisch bestuurlijk verkeer De Belastingdienst en de Douane worden tijdelijk uitgezonderd van (delen van) de per
1 januari 2026 gemoderniseerde afdeling 2.3 Awb uit de Wet modernisering elektronisch
bestuurlijk verkeer (Wmebv). Deze modernisering geeft burgers en bedrijven recht op
elektronische communicatie en handhaaft de keuzevrijheid tussen papier en digitaal.
De uitzondering voorkomt dat de Belastingdienst en Douane, gezien hun beperkte uitvoeringscapaciteit
en internationale verplichtingen, in strijd handelen met de nieuwe regels. De maatregel
geldt tot 1 januari 2030 en kent tevens enkele permanente uitzonderingen voor de Douane. 


Tijdelijk overgangsrecht fonds voor gemene rekening Om kortstondige belastingplicht te voorkomen, wordt een overgangsmaatregel getroffen
voor lichamen die tot en met 2024 fiscaal transparant waren. Deze lichamen kunnen
ervoor kiezen om met ingang van 1 januari 2025 tijdelijk niet als fonds voor gemene
rekening (fgr) te worden aangemerkt. Voorwaarde is dat alle participanten uiterlijk
28 februari 2026 instemmen. Het overgangsrecht geldt tot uiterlijk 1 januari 2028
en voorkomt dat betrokken fondsen in 2025 en 2026 slechts voor korte tijd zelfstandig
belastingplichtig zijn.


Bron: Wetsvoorstel Overige fiscale maatregelen 2026, 16 september 2025.


https://www.fiscaalinfo.nl/document/p1-1032360