Hoge Raad: Uitzendovereenkomst tussen Helpling en schoonmakers
De Hoge Raad oordeelt dat sprake is van een uitzendovereenkomst tussen Helpling en Helpling heeft een online platform geëxploiteerd waar schoonmakers en huishoudens Uitzendovereenkomst bevestigd Maar de Hoge Raad volgt de conclusie van de A-G niet. Integendeel, de Hoge Raad bevestigt Geen arbeidsovereenkomst met huishoudens De Hoge Raad oordeelt ook dat geen arbeidsovereenkomst bestaat tussen de schoonmakers Bron: Hoge Raad 11-04-2025, Hof Amsterdam 21-09-2021.
de schoonmakers die via het platform werken, en niet van een arbeidsovereenkomst tussen
de schoonmakers en de huishoudens.
afspraken konden maken over huishoudelijke werkzaamheden. De schoonmakers bepalen
zelf hun uurtarief, binnen door Helpling gestelde grenzen. Helpling stelt facturen
op en ontvangt commissie voor de bemiddeling. De FNV en een schoonmaakster stellen
dat sprake is van een arbeidsovereenkomst tussen Helpling en de schoonmakers, of anders
een uitzendovereenkomst. De kantonrechter wijst de vorderingen af, maar Hof Amsterdam
oordeelt dat sprake was van een uitzendovereenkomst. Zowel FNV als Helpling gaat in
cassatie. Advocaat-generaal (A-G) de Bock concludeert dat een arbeidsovereenkomst
bestaat tussen de schoonmakers en Helpling. De A-G adviseert daarom de Hoge Raad om
het hofoordeel te vernietigen.
het oordeel van het hof dat sprake is van een uitzendovereenkomst tussen Helpling
en de schoonmakers. De schoonmakers verrichten hun werkzaamheden onder toezicht en
leiding van de huishoudens, maar Helpling heeft de formele gezagsrelatie en beheert
de betalingen. Dit voldoet aan de wettelijke definitie van een uitzendovereenkomst.
en de huishoudens. De huishoudens hebben weliswaar invloed op de selectie en instructies
van de schoonmakers, maar de formele gezagsrelatie en betalingsstructuur worden door
Helpling beheerd. Dit sluit een arbeidsovereenkomst tussen de huishoudens en de schoonmakers
uit.