Voortzetting 30%-regeling bij nieuwe werkgever niet mogelijk als driemaandstermijn is overschreden
De driemaandstermijn voor voortzetting van de 30%-regeling geldt strikt, óók als de Een werknemer wil na uitdiensttreding bij zijn vorige werkgever de 30%-regeling voortzetten Strikte toepassing driemaandstermijn De rechtbank Noord-Holland oordeelt dat de regeling geen ruimte laat om af te wijken Bron: Rb Noord-Holland, 28-02-2025.
sollicitatieprocedure buiten de schuld van de werknemer is vertraagd.
bij een nieuwe werkgever. Omdat er door een langdurige sollicitatieprocedure meer
dan drie maanden zit tussen het einde van het vorige dienstverband en het begin van
zijn nieuwe arbeidsovereenkomst, wijst de inspecteur dit verzoek af. De werknemer
had van zijn vorige werkgever een beschikking 30%-regeling tot en met 2026. Na zijn
ontslag solliciteert hij, maar door diverse omstandigheden buiten zijn invloed om,
waaronder uitstel van sollicitatiegesprekken, ontvangt hij pas ruim drie maanden later
een aanbod van zijn nieuwe werkgever. Daarna vraagt hij samen met deze werkgever om
voortzetting van de 30%-regeling. De inspecteur wijst het verzoek af vanwege overschrijding
van de wettelijk voorgeschreven driemaandstermijn. In geschil is of de werknemer de
30%-regeling bij zijn nieuwe werkgever mag voortzetten, hoewel de driemaandstermijn
van art. 10ed, lid 1, Uitvoeringsbesluit loonbelasting 1965 is overschreden.
van de driemaandstermijn, ongeacht de reden van de overschrijding. Volgens de regeling
is doorslaggevend dat er meer dan drie maanden zitten tussen het einde van het dienstverband
en de totstandkoming van een nieuwe arbeidsovereenkomst. Uit de toelichting blijkt
dat het criterium van drie maanden is gekozen als harde grens voor het aannemen van
schaarse specifieke deskundigheid. Op die manier wordt discussie daarover voorkomen.
Het persoonlijk niet verwijtbaar zijn van de duur van de sollicitatieprocedure doet
daar niet aan af, aldus de rechtbank. Ook een beroep op het evenredigheidsbeginsel
wordt verworpen; er zijn geen bijzondere omstandigheden die de toepassing van deze
termijn onevenredig maken. Het beroep is ongegrond. De rechtbank bevestigt dat het
verzoek om voortzetting van de 30%-regeling terecht is afgewezen. De drie maanden-termijn
is overschreden en daarmee is er geen recht meer op de voortzetting van de regeling
bij de nieuwe werkgever.