Kunsttransactie BV onzakelijk: geen aftrek boekverlies door dga-belang
Een bv die een kunstcollectie verkoopt aan haar dochtervennootschap om een boekverlies Een bv bezit een kunstcollectie van 82 werken, bestaande uit schilderijen, tekeningen, Geen zakelijk karakter van uitgaven Rechtbank Gelderland oordeelt dat uitgaven gedaan door een vennootschap alleen dan Selectieve verkoop voor boekverlies Cruciaal is dat uitsluitend dat deel van de collectie is verkocht waarvan de getaxeerde Bron: Rb. Gelderland 10-09-2025 (gepubl. 19-09-2025).
te realiseren, kan dit verlies niet fiscaal aftrekken als de kunst oorspronkelijk
is aangekocht ter bevrediging van persoonlijke behoeften van de dga.
grafieken, video art en sculpturen, die nagenoeg geheel is aangeschaft tussen 2004
en 2009. De dga heeft tijdens een boekenonderzoek in 2009 aangegeven dat hij uit persoonlijke
motieven schilderijen aanschaft uit met name de Cobratijd. De kunst heeft binnen de
onderneming geen decoratieve functie en is deels aanwezig in het kantoorgedeelte van
zijn woonhuis, de rest in opslag. In december 2017 richt de bv een dochtervennootschap
op en verkoopt twee dagen later 43 schilderijen voornamelijk uit de Cobra-periode
voor € 759.700 aan deze dochter. Door de verkoop realiseert de bv een boekverlies
van € 907.145. De inspecteur weigert dit verlies in aftrek, waartegen de bv beroep
aantekent.
geen zakelijk karakter hebben als zij zijn gedaan ter bevrediging van persoonlijke
behoeften van de aandeelhouder. De bewijslast ligt bij de inspecteur om dit aannemelijk
te maken. De rechtbank stelt vast dat de dga de collectie heeft aangeschaft met name
uit de Cobraperiode, waarvoor hij een persoonlijke voorkeur heeft. De kunst vervult
geen enkele functie binnen de onderneming. Na 2009 is vrijwel geen nieuwe kunst aangeschaft
en heeft de bv geen activiteit verricht ter zake van de collectie. Ook is geen administratie
met een overzicht van de waardeontwikkeling bijgehouden.
waarde lager was dan de boekwaarde. De gemachtigde verklaart ter zitting dat alleen
dit deel is verkocht om een boekverlies te realiseren. De rechtbank concludeert dat
de inspecteur aannemelijk heeft gemaakt dat de kunst is aangekocht ter bevrediging
van persoonlijke behoeften van de dga. Het boekverlies op de overgedragen kunst kan
daarom niet in aftrek op de winst worden gebracht. De rechtbank verklaart het beroep
ongegrond.